Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Als ik nog sprak in het gebed, zo kwam [58]de man [59]Gabriel, dien ik [60]in het begin in een gezicht gezien had, [61]snellijk gevlogen, [62]mij aanrakende, omtrent den tijd [63]des avondoffers. 58. Zie boven hfdst.8 vs.15. 59. Zie van den naam en persoon van dezen engel, boven hfdst.8 vs.16. 60. Of, tevoren, of in het eerste, te weten in het gezicht van den ram met twee horens en van den bok, hfdst.8:. 61. Hebreeuws, met vermoeidheid; niet dat de engelen kunnen vermoeid of moede worden, maar het wordt zo gezegd om uit te drukken zulk ene snelheid als, naar ons begrip, vermoeidheid moet veroorzaken. Anders: in de vlucht. 62. Bij dit aanraken, of aanroeren des engels heeft God den profeet gesterkt. Zie onder hfdst.10 vs.19. 63. Dat is, in het laatste vierendeel van den dag, ter welker uur het avondoffer placht geofferd te worden; toen de tempel en Joodse godsdienst nog in wezen waren; zie Ex.28:39,41; Num.28:4. Te dezer tijd bad ook Elia, 1 Kon.18:36, enz., zie ook Hand.3:1. Hieruit nemen sommigen af dat Daniel hier geopenbaard is in welken tijd van den dag Christus zichzelven voor onze zonden zou opofferen.